
Bertil Hampsink
Bertil begon 25 jaar geleden als eerste medewerker op onze binnendienst. Hij is er (bijna) niet meer weg geweest. Een bekende stem aan de telefoon met een bak aan ervaring en leuke verhalen. Hoog tijd om hem eens uit te horen!
Op welke afdeling werk je en wat doe je daar?
Ik begon 25 jaar geleden als allereerste commercieel medewerker op de binnendienst bij Twepa. En daar zit ik nu nog. Altijd hetzelfde werk gedaan. Ik begon in mijn eentje op die afdeling. De accountmanager die er toen werkte nam mij mee aan de hand. “Bertil,” zei hij, “jij bent mijn buddy”. Hij heeft mij de kneepjes van het vak geleerd. En omdat hij in de zorgbranche zat, ben ik daar ingerold en er nooit meer uit gekomen.
Ik heb nu een directe collega die nog bij mijn dochter in de klas heeft gezeten. Ben ik dan zo oud of hoe zit dat?!
Wat heb je hiervoor gedaan?
Ik ben mijn carrière begonnen als douanedeclarant aan de grens met Duitsland. Dat heb ik acht jaar gedaan. Toen Europa één werd hield dat op. Ik kwam via via bij een exportbedrijf van vee en vlees terecht. Daar heb ik een hele tijd gewerkt. Totdat daar dierenziektes de kop opstaken. Mond- en klauwzeer en de varkenspest bijvoorbeeld. In goed overleg ben ik toen gaan solliciteren en kwam ik via een klant van Twepa hier terecht. Ik moest me ‘s middags om 14.00 uur melden. Om 16:00 uur ben ik weggegaan, om 18:00 uur kreeg ik telefoon met de vraag wanneer ik kon beginnen.
Hé Hampsink!
Ik werk al 25 jaar samen met de zorgbranche. Daarom praat ik heel vriendschappelijk met de mensen die ik aan de telefoon heb. Gedeeltelijk werken de mensen waar ik contact mee heb nog op dezelfde plek. Maar er zijn ook mensen die ik 20 jaar geleden aan de telefoon had bij het ene bedrijf, en nu spreek als inkoper bij een andere zorginstelling. Dat wereldje is niet zo groot.
De relatie met de klanten, het contact. Dat is de charme van mijn werk. Iedereen die ik bel is blij. Ik hoef niet te vragen; “Mag ik even uw aandacht?” of zoiets. Nee, het is gewoon: “Hé Hampsink!”.
Wat maakt Twepa onderscheidend?
Het is geen snelle handel die ik doe, maar meer relatiebeheer. En dat is ook iets waar we bij Twepa goed in zijn. Coen Brinkman riep een keer: “Eigenlijk hebben we bij Twepa een vooroorlogse service.” Dat vind ik mooi. Want als er NU iemand belt, die écht verlegen zit om iets, dan heeft ie het morgen. Misschien zelfs wel vandaag. En daar gaat het om. Een koffiebekertje kun je overal kopen, misschien wel goedkoper dan hier. Maar het gaat om de toegevoegde waarde. De service. Daar zijn wij met z’n allen heel goed in.
Persoonlijke aandacht schenken aan de klant. Dat is bij andere bedrijven vaak wel anders. Mensen spreken daar elke keer met een ander contactpersoon. Dan voel je geen verbinding. Bij ons heb je direct contact met dezelfde personen. Van daaruit groeit een relatie. En dat werkt perfect.
Een half jaar weggeweest
Ik ben een half jaar weggeweest. In 2008, toen we vanaf ‘het museum’ aan de Hengelosestraat naar Het Poolman zijn verhuisd. Ik werd gebeld door een oud collega uit de transportwereld. Hij zocht iemand die verstand had van vee. Ik nam de uitdaging aan en heb in een half jaar veel geleerd, maar al snel ging ik Twepa missen. Daar had ik tien jaar gewerkt. Nu moest ik als schooljongen ergens anders ineens weer helemaal opnieuw beginnen. Alles was daar goed, maar in de transport ben je bezig van 6 uur ’s ochtends tot 20 uur ‘s avonds. Ik werd daar niet gelukkig van.
Snel weer terug naar Twepa!
Op een zaterdag bracht ik een bezoekje aan Twepa. Coen vroeg me hoe het met me ging. “Joa”, antwoordde ik. Maar hij zag aan mijn gezicht dat het niet zo goed ging. Dat vergeet ik nooit weer. Hij kwam op een maandag bij me langs en vroeg me of hij mijn stoel weer op mocht poetsen. Ik zei meteen: “Laat dat maar doorgaan.” Toen heb ik afscheid genomen van de transportwereld. Op woensdag 1 oktober zat Hampsink weer op de fiets naar Twepa in Enschede. Precies een half jaar nadat ik er ontslag had genomen! Ik wilde graag terug. Het voelt als een stukje waardering dat ze jou ook weer terug willen.
Eerder in dit gesprek heb je het over ‘het museum’. Wat bedoel je daarmee?
Onze vestiging aan de Hengelosestraat was echt een museum! Daar hadden we zoveel artikelen en hokjes. Het was het oude woonhuis van de familie Snuverink. De administratie zat in de oude woonkamer, de binnendienst zat in de keuken. De zolder werd gebruikt. Overal was wat. We hadden aan de achterkant één laaddeur. Daar moest alles geladen en afgeleverd worden. In die jaren zijn we zo gegroeid. Dat kon op het laatst echt niet meer.
Hoe we tegenwoordig zijn uitgerust met laaddocks, ERP systemen, onze winkel. Dat is toch perfect?! Ondanks dat hebben we dezelfde charme behouden. Verschil met vroeger is ook dat ik nu een headset op heb. Ik versleet wel drie overhemden per jaar met het bellen met een telefoonhoorn!
Successen van vroeger
Ik heb de introductie van het microvezeldoekje meegemaakt. Het wonderdoekje. Nu wordt dat doekje overal verkocht, maar destijds waren we daar best uniek in. Mensen kwamen massaal naar Twepa om dat doekje te kopen. Of oranje artikelen bijvoorbeeld. Dan versierden we het hele pand met grote vlaggen. Heel Enschede kwam oranje prullaria halen bij ons. Op een gegeven moment kon je op iedere straathoek oranje versieringen kopen. Toen zijn we daarmee gestopt.
Wat doe je als je niet aan het werk bent?
Ik woon buitenaf, heb een grote tuin en ben graag bezig om het huis. En ik geniet van mijn kleinkinderen! Sinds een paar jaar ben ik opa. Mijn vrouw past twee middagen in de week op. Als het even kan ben ik één van die twee middagen ook thuis. Dan gaan we fietsen, in de tuin aan het werk, een ritje op de trekker maken. Zeg het maar. Dat vind ik heerlijk! En ook daaraan kun je weer merken dat je ouder wordt. ‘Opa Bertil’, zo noemen ze mij. Als ik ze ophaal zijn ze zo enthousiast. Prachtig. Op het punt dat je eigen kinderen uit huis gaan zit je samen op de bank en denk je: “Is dit ‘t noe?” En dan komt de volgende fase en krijg je kleinkinderen. Dat is geweldig! Daar kan ik van genieten.
Waar hou je niet van
Popiejopie-gedrag! In die 25 jaar hier hebben we best wat popiejopies gehad. Maar die zijn allemaal ook alweer weg. Dat past hier niet.